jufmelis.nl

Nederlands is niet moeilijk, gewoon even oefenen

inloggen

werkwoordspelling: werkwoordspelling pv, vd 1

In deze oefeningen komen zowel de persoonsvorm als het voltooid deelwoord aan bod. Het is dus belangrijk dat je de verschillende vormen van het werkwoord herkent en dat je alle regels van de werkwoordspelling kent en goed toepast.

Bij de persoonsvorm kies je voor de tegenwoordige tijd, tenzij in de zin duidelijk staat aangegeven dat het verleden tijd moet zijn.

Vul de juiste werkwoordsvorm in. 

1: (Hebben) Fenna thuis überhaupt wel iets (vertellen) over de problemen op school?

2: Het nieuwe boek van Joany Buenen ‘Kijk naar mij’ (hebben) ik in een ruk (uitlezen) .

3: Sarah (bekennen) direct.

4: Onze badkamer (worden) na de kerstvakantie (verbouwen) .

5: Wat (willen) hij (zeggen) hebben?

Voor € 15,- per jaar kun je een jaar lang alle oefeningen maken. Bestel nu!
Inloggen
Score
0%

Volgende oefening

  • oefening naam