jufmelis.nl

Nederlands is niet moeilijk, gewoon even oefenen

inloggen

werkwoordspelling: persoonsvorm verleden tijd meervoud 1

Deze oefening gaat over de werkwoordspelling in de verleden tijd. Je kunt ook eerst de oefeningen maken over de werkwoordspelling in de tegenwoordige tijd

Zet de werkwoorden in het meervoud en in de verleden tijd. 

1: Wij (lunchen) in het park.

2: De konijnen (laten) we buiten spelen.

3: De gevangenen (verzetten) zich niet toen ze naar binnen moesten.

4: Piet, Henk en Paul (doen) het deksel weer op de put.

5: Ze studeerden wiskunde en (wonen) bij elkaar op de kamer, ze waren namelijk hartsvriendinnen.

6: Samen met Marjolein (hebben) we een inhaaltraject bedacht.

7: We (besteden) vroeger veel te weinig aandacht aan leerlingen met dyslexie, gelukkig is dat nu veranderd.

8: Alle klassen (zijn) naar het park gegaan.

9: We (vermoeden) gisteren dat de dader nog in Nederland was, vandaag denken we dat hij ook al in het buitenland zou kunnen zitten.

10: We (bloeden) beiden na die valpartij.

Fan van jufmelis.nl? Maak voor € 15,- per jaar alle oefeningen.

Inloggen
Score
0%

Volgende oefening

  • oefening naam