werkwoordspelling: werkwoordspelling tt door elkaar 2
Deze oefening gaat over de werkwoordspelling in de tegenwoordige tijd. Lees eerst de uitleg over de werkwoordspelling in de tegenwoordige tijd. Je kunt ook eerst oefenen met het herkennen van de persoonsvorm of de uitleg over de persoonsvorm lezen.
Zet de persoonsvormen in de tegenwoordige tijd.
Afgesloten oefening.
Deze oefening is afgesloten. Log in om de oefening te kunnen maken of neem een jaarabonnement.
Fan van jufmelis.nl? Maak voor € 15,- per jaar alle oefeningen.
Je bent niet ingelogd, je scores worden niet opgeslagen.
Inloggen
-
stam (ik-vorm)
-
de stam
-
stam herkennen
-
-
werkwoordrij
-
werkwoordrij tegenwoordige tijd
- werkwoordrij tegenwoordige tijd 1
- werkwoordrij tegenwoordige tijd 2
- werkwoordrij tegenwoordige tijd 3
- werkwoordrij tegenwoordige tijd 4
- werkwoordrij tegenwoordige tijd 5
- werkwoordrij tegenwoordige tijd 6
- werkwoordrij tegenwoordige tijd 7
- werkwoordrij tegenwoordige tijd 8
- werkwoordrij tegenwoordige tijd 9
- werkwoordrij tegenwoordige tijd 10
-
werkwoordrij regelmatig
- werkwoordrij TT en verleden tijd 1
- werkwoordrij TT en verleden tijd 2
- werkwoordrij TT en verleden tijd 3
- werkwoordrij TT en verleden tijd 4
- werkwoordrij TT en verleden tijd 5
- werkwoordrij TT en verleden tijd 6
- werkwoordrij TT en verleden tijd 7
- werkwoordrij TT en verleden tijd 8
- werkwoordrij TT en verleden tijd 9
- werkwoordrij TT en verleden tijd 10
-
werkwoordrij ook onregelmatig
- werkwoordrij ook onregelmatig 1
- werkwoordrij ook onregelmatig 2
- werkwoordrij ook onregelmatig 3
- werkwoordrij ook onregelmatig 4
- werkwoordrij ook onregelmatig 5
- werkwoordrij ook onregelmatig 6
- werkwoordrij ook onregelmatig 7
- werkwoordrij ook onregelmatig 8
- werkwoordrij ook onregelmatig 9
- werkwoordrij ook onregelmatig 10
-
werkwoordrij met voltooid deelwoord
- werkwoordrij met voltooid deelwoord 1
- werkwoordrij met voltooid deelwoord 2
- werkwoordrij met voltooid deelwoord 3
- werkwoordrij met voltooid deelwoord 4
- werkwoordrij met voltooid deelwoord 5
- werkwoordrij met voltooid deelwoord 6
- werkwoordrij met voltooid deelwoord 7
- werkwoordrij met voltooid deelwoord 8
- werkwoordrij met voltooid deelwoord 9
- werkwoordrij met voltooid deelwoord 10
-
werkwoordrij onregelmatig
- werkwoordrij onregelmatige werkwoorden 1
- werkwoordrij onregelmatige werkwoorden 2
- werkwoordrij onregelmatige werkwoorden 3
- werkwoordrij onregelmatige werkwoorden 4
- werkwoordrij onregelmatige werkwoorden 5
- werkwoordrij onregelmatige werkwoorden 6
- werkwoordrij onregelmatige werkwoorden 7
- werkwoordrij onregelmatige werkwoorden 8
- werkwoordrij onregelmatige werkwoorden 9
- werkwoordrij onregelmatige werkwoorden 10
- werkwoordrij onregelmatige werkwoorden 11
- werkwoordrij onregelmatige werkwoorden 12
- werkwoordrij onregelmatige werkwoorden 13
- werkwoordrij onregelmatige werkwoorden 14
- werkwoordrij onregelmatige werkwoorden 15
- werkwoordrij onregelmatige werkwoorden 16
- werkwoordrij onregelmatige werkwoorden 17
- werkwoordrij onregelmatige werkwoorden 18
- werkwoordrij onregelmatige werkwoorden 19
- werkwoordrij onregelmatige werkwoorden 20
- werkwoordrij onregelmatige werkwoorden 21
- werkwoordrij onregelmatige werkwoorden 22
- werkwoordrij onregelmatige werkwoorden 23
- werkwoordrij onregelmatige werkwoorden 24
- werkwoordrij onregelmatige werkwoorden 25
- werkwoordrij onregelmatige werkwoorden 26
- werkwoordrij onregelmatige werkwoorden 27
- werkwoordrij onregelmatige werkwoorden 28
- werkwoordrij onregelmatige werkwoorden 29
- werkwoordrij onregelmatige werkwoorden 30
- werkwoordrij onregelmatige werkwoorden 31
- werkwoordrij onregelmatige werkwoorden 32
- werkwoordrij onregelmatige werkwoorden 33
- werkwoordrij onregelmatige werkwoorden 34
- werkwoordrij onregelmatige werkwoorden 35
- werkwoordrij onregelmatige werkwoorden 36
- werkwoordrij onregelmatige werkwoorden 37
- werkwoordrij onregelmatige werkwoorden 38
- werkwoordrij onregelmatige werkwoorden 39
- werkwoordrij onregelmatige werkwoorden 40
-
-
persoonsvorm tegenwoordige tijd
-
persoonsvorm TT ik
-
tegenwoordige tijd ik en hij
- tegenwoordige tijd ik en hij 1
- tegenwoordige tijd ik en hij 2
- tegenwoordige tijd ik en hij 3
- tegenwoordige tijd ik en hij 4
- tegenwoordige tijd ik en hij 5
- tegenwoordige tijd ik en hij 6
- tegenwoordige tijd ik en hij 7
- tegenwoordige tijd ik en hij 8
- tegenwoordige tijd ik en hij 9
- tegenwoordige tijd ik en hij 10
- tegenwoordige tijd ik en hij 11
- tegenwoordige tijd ik en hij 12
- tegenwoordige tijd ik en hij 13
- tegenwoordige tijd ik en hij 14
- tegenwoordige tijd ik en hij 15
- tegenwoordige tijd ik en hij 16
- tegenwoordige tijd ik en hij 17
- tegenwoordige tijd ik en hij 18
- tegenwoordige tijd ik en hij 19
- tegenwoordige tijd ik en hij 20
-
persoonsvorm TT jij
-
persoonsvorm TT u
-
persoonsvorm TT hij zij het
-
gebiedende wijs
-
pv tegenwoordige tijd enkelvoud
-
pv tegenwoordige tijd door elkaar
- werkwoordspelling tt door elkaar 1
- werkwoordspelling tt door elkaar 2
- werkwoordspelling tt door elkaar 3
- werkwoordspelling tt door elkaar 4
- werkwoordspelling tt door elkaar 5
- werkwoordspelling tt door elkaar 6
- werkwoordspelling tt door elkaar 7
- werkwoordspelling tt door elkaar 8
- werkwoordspelling tt door elkaar 9
- werkwoordspelling tt door elkaar 10
-
pv tt splitsbaar werkwoord
- pv tt splitsbaar werkwoord 1
- pv tt splitsbaar werkwoord 2
- pv tt splitsbaar werkwoord 3
- pv tt splitsbaar werkwoord 4
- pv tt splitsbaar werkwoord 5
- pv tt splitsbaar werkwoord 6
- pv tt splitsbaar werkwoord 7
- pv tt splitsbaar werkwoord 8
- pv tt splitsbaar werkwoord 9
- pv tt splitsbaar werkwoord 10
- pv tt splitsbaar werkwoord 11
-
-
persoonsvorm verleden tijd
-
pv verleden tijd enkelvoud
-
pv verleden tijd meervoud
-
pv verleden tijd door elkaar
- pv verleden tijd door elkaar 1
- pv verleden tijd door elkaar 2
- pv verleden tijd door elkaar 3
- pv verleden tijd door elkaar 4
- pv verleden tijd door elkaar 5
- pv verleden tijd door elkaar 6
- pv verleden tijd door elkaar 7
- pv verleden tijd door elkaar 8
- pv verleden tijd door elkaar 9
- pv verleden tijd door elkaar 10
-
pv vt splitsbaar werkwoord
- pv vt splitsbaar werkwoord 1
- pv vt splitsbaar werkwoord 2
- pv vt splitsbaar werkwoord 3
- pv vt splitsbaar werkwoord 4
- pv vt splitsbaar werkwoord 5
- pv vt splitsbaar werkwoord 6
- pv vt splitsbaar werkwoord 7
- pv vt splitsbaar werkwoord 8
- pv vt splitsbaar werkwoord 9
- pv vt splitsbaar werkwoord 10
- pv vt splitsbaar werkwoord 11
-
-
persoonsvorm TT en VT
-
tijd persoonsvorm herkennen
- tijd persoonsvorm herkennen 1
- tijd persoonsvorm herkennen 2
- tijd persoonsvorm herkennen 3
- tijd persoonsvorm herkennen 4
- tijd persoonsvorm herkennen 5
- tijd persoonsvorm herkennen 6
- tijd persoonsvorm herkennen 7
- tijd persoonsvorm herkennen 8
- tijd persoonsvorm herkennen 9
- tijd persoonsvorm herkennen 10
- tijd persoonsvorm herkennen 11
- tijd persoonsvorm herkennen 12
-
persoonsvorm TT en VT
-
-
voltooid deelwoord
-
voltooid deelwoord herkennen
- voltooid deelwoord herkennen 1
- voltooid deelwoord herkennen 2
- voltooid deelwoord herkennen 3
- voltooid deelwoord herkennen 4
- voltooid deelwoord herkennen 5
- voltooid deelwoord herkennen 6
- voltooid deelwoord herkennen 7
- voltooid deelwoord herkennen 8
- voltooid deelwoord herkennen 9
- voltooid deelwoord herkennen 10
-
voltooid deelwoord (los)
- voltooid deelwoord los 1
- voltooid deelwoord los 2
- voltooid deelwoord los 3
- voltooid deelwoord los 4
- voltooid deelwoord los 5
- voltooid deelwoord los 6
- voltooid deelwoord los 7
- voltooid deelwoord los 8
- voltooid deelwoord los 9
- voltooid deelwoord los 10
- voltooid deelwoord los 11
- voltooid deelwoord los 12
- voltooid deelwoord los 13
-
voltooid deelwoord (zin)
-
-
persoonsvorm of voltooid deelwoord
-
persoonsvorm of voltooid deelwoord
-
persoonsvorm of voltooid deelwoord slepen
-
-
onvoltooid deelwoord ofwel tegenwoordig deelwoord
-
onvoltooid deelwoord herkennen (zinnen)
- onvoltooid deelwoord herkennen in zinnen 1
- onvoltooid deelwoord herkennen in zinnen 2
- onvoltooid deelwoord herkennen in zinnen 3
- onvoltooid deelwoord herkennen in zinnen 4
- onvoltooid deelwoord herkennen in zinnen 5
- onvoltooid deelwoord herkennen in zinnen 6
- onvoltooid deelwoord herkennen in zinnen 7
- onvoltooid deelwoord herkennen in zinnen 8
- onvoltooid deelwoord herkennen in zinnen 9
- onvoltooid deelwoord herkennen in zinnen 10
-
onvoltooid deelwoord herkennen (woorden)
- onvoltooid deelwoord herkennen 1
- onvoltooid deelwoord herkennen 2
- onvoltooid deelwoord herkennen 3
- onvoltooid deelwoord herkennen 4
- onvoltooid deelwoord herkennen 5
- onvoltooid deelwoord herkennen 6
- onvoltooid deelwoord herkennen 7
- onvoltooid deelwoord herkennen 8
- onvoltooid deelwoord herkennen 9
- onvoltooid deelwoord herkennen 10
-
onvoltooid deelwoord (los)
-
onvoltooid deelwoord (zin)
- onvoltooid deelwoord in zin 1
- onvoltooid deelwoord in zin 2
- onvoltooid deelwoord in zin 3
- onvoltooid deelwoord in zin 4
- onvoltooid deelwoord in zin 5
- onvoltooid deelwoord in zin 6
- onvoltooid deelwoord in zin 7
- onvoltooid deelwoord in zin 8
- onvoltooid deelwoord in zin 9
- onvoltooid deelwoord in zin 10
-
-
vormen van het werkwoord herkennen
-
persoonsvorm en voltooid deelwoord herkennen
-
pv, vd en infinitief herkennen
- pv, vd en infinitief herkennen 1
- pv, vd en infinitief herkennen 2
- pv, vd en infinitief herkennen 3
- pv, vd en infinitief herkennen 4
- pv, vd en infinitief herkennen 5
- pv, vd en infinitief herkennen 6
- pv, vd en infinitief herkennen 7
- pv, vd en infinitief herkennen 8
- pv, vd en infinitief herkennen 9
- pv, vd en infinitief herkennen 10
-
pv, vd, inf. en tegenwoordig deelwoord herkennen
- pv, vd, inf. en tegenwoordig deelwoord herkennen 1
- pv, vd, inf. en tegenwoordig deelwoord herkennen 2
- pv, vd, inf. en tegenwoordig deelwoord herkennen 3
- pv, vd, inf. en tegenwoordig deelwoord herkennen 4
- pv, vd, inf. en tegenwoordig deelwoord herkennen 5
- pv, vd, inf. en tegenwoordig deelwoord herkennen 6
- pv, vd, inf. en tegenwoordig deelwoord herkennen 7
- pv, vd, inf. en tegenwoordig deelwoord herkennen 8
- pv, vd, inf. en tegenwoordig deelwoord herkennen 9
- pv, vd, inf. en tegenwoordig deelwoord herkennen 10
-
pv, vd, inf., td en bijvoeglijk naamwoord herkennen
- vormen van het werkwoord en bijvoeglijk naamwoord herkennen 1
- vormen van het werkwoord en bijvoeglijk naamwoord herkennen 2
- vormen van het werkwoord en bijvoeglijk naamwoord herkennen 3
- vormen van het werkwoord en bijvoeglijk naamwoord herkennen 4
- vormen van het werkwoord en bijvoeglijk naamwoord herkennen 5
- vormen van het werkwoord en bijvoeglijk naamwoord herkennen 6
- vormen van het werkwoord en bijvoeglijk naamwoord herkennen 7
- vormen van het werkwoord en bijvoeglijk naamwoord herkennen 8
- vormen van het werkwoord en bijvoeglijk naamwoord herkennen 9
- vormen van het werkwoord en bijvoeglijk naamwoord herkennen 10
-
-
werkwoordspelling door elkaar
-
werkwoordspelling pv, vd
-
werkwoordspelling alles
-
werkwoordspelling en bijvoeglijk naamwoord
-
-
werkwoordspelling samengestelde zinnen
-
persoonsvormen in samengestelde zin
-
persoonsvormen en voltooid deelwoorden
-
werkwoordspelling samengestelde zin
- werkwoordspelling samengestelde zin 1
- werkwoordspelling samengestelde zin 2
- werkwoordspelling samengestelde zin 3
- werkwoordspelling samengestelde zin 4
- werkwoordspelling samengestelde zin 5
- werkwoordspelling samengestelde zin 6
- werkwoordspelling samengestelde zin 7
- werkwoordspelling samengestelde zin 8
- werkwoordspelling samengestelde zin 9
- werkwoordspelling samengestelde zin 10
-
werkwoordspelling extra moeilijk
- werkwoordspelling extra moeilijk 1
- werkwoordspelling extra moeilijk 2
- werkwoordspelling extra moeilijk 3
- werkwoordspelling extra moeilijk 4
- werkwoordspelling extra moeilijk 5
- werkwoordspelling extra moeilijk 6
- werkwoordspelling extra moeilijk 7
- werkwoordspelling extra moeilijk 8
- werkwoordspelling extra moeilijk 9
- werkwoordspelling extra moeilijk 10
-
-
regelmatige werkwoorden
-
regelmatige werkwoorden tegenwoordige tijd
-
regelmatige werkwoorden verleden tijd
-
regelmatige werkwoorden voltooid deelwoord
-
-
onregelmatige werkwoorden
-
onregelmatige werkwoorden verleden tijd - ik
-
onregelmatige werkwoorden verleden tijd - wij
-
onregelmatige werkwoorden voltooid deelwoord
-
-
onregelmatige werkwoorden verleden tijd - zinnen
-
onregelmatige werkwoorden voltooid deelwoord - zinnen
- sterke werkwoorden- zinnen 1
- sterke werkwoorden- zinnen 2
- sterke werkwoorden- zinnen 3
- sterke werkwoorden- zinnen 4
- sterke werkwoorden- zinnen 5
- sterke werkwoorden- zinnen 6
- sterke werkwoorden- zinnen 7
- sterke werkwoorden- zinnen 8
- sterke werkwoorden- zinnen 9
- sterke werkwoorden- zinnen 10
- sterke werkwoorden- zinnen 11
-
-
wederkerende werkwoorden
-
wederkerende werkwoorden
-
wederkerende werkwoorden in zinnen
-
-
werkwoorden uit het Engels
-
Engelse leenwoorden tegenwoordige tijd - ik
- Engelse leenwoorden enkelvoud ik 1
- Engelse leenwoorden enkelvoud ik 2
- Engelse leenwoorden enkelvoud ik 3
- Engelse leenwoorden enkelvoud ik 4
- Engelse leenwoorden enkelvoud ik 5
- Engelse leenwoorden enkelvoud ik 6
- Engelse leenwoorden enkelvoud ik 7
- Engelse leenwoorden enkelvoud ik 8
- Engelse leenwoorden enkelvoud ik 9
- Engelse leenwoorden enkelvoud ik 10
-
Engelse leenwoorden tegenwoordige tijd - hij
-
Engelse leenwoorden verleden tijd
- Engelse leenwoorden verleden tijd 1
- Engelse leenwoorden verleden tijd 2
- Engelse leenwoorden verleden tijd 3
- Engelse leenwoorden verleden tijd 4
- Engelse leenwoorden verleden tijd 5
- Engelse leenwoorden verleden tijd 6
- Engelse leenwoorden verleden tijd 7
- Engelse leenwoorden verleden tijd 8
- Engelse leenwoorden verleden tijd 9
- Engelse leenwoorden verleden tijd 10
-
Engelse leenworden voltooid deelwoord
- Engelse leenwoorden voltooid deelwoord 1
- Engelse leenwoorden voltooid deelwoord 2
- Engelse leenwoorden voltooid deelwoord 3
- Engelse leenwoorden voltooid deelwoord 4
- Engelse leenwoorden voltooid deelwoord 5
- Engelse leenwoorden voltooid deelwoord 6
- Engelse leenwoorden voltooid deelwoord 7
- Engelse leenwoorden voltooid deelwoord 8
- Engelse leenwoorden voltooid deelwoord 9
- Engelse leenwoorden voltooid deelwoord 10
-