Het onderwerp
Uitleg
Het onderwerp is een onderdeel van redekundig ontleden (zinsdeelbenoeming). De Latijnse naam voor het onderwerp is subject en de afkortingen die gebruikt worden zijn ow, ond of o.
Het onderwerp is erg belangrijk voor de werkwoordspelling, het onderwerp geeft namelijk het aantal aan van de persoonsvorm. Lees ook de uitleg over de werkwoordspelling.
- Ik ren naar de stad.
- Wij rennen naar huis.
- Lola en Eelco rennen naar school.
Het onderwerp in de zin
Om het onderwerp te vinden kun je de volgende vraag te stellen:
- onderwerp: wie/wat + (werkwoordelijk) gezegde?
Voorbeelden:
- Hij rent naar de stad.
- wie of wat rent?
- antwoord: hij
- hij is het onderwerp
- De kinderen eten veel snoep.
- wie of wat eten?
- antwoord: de kinderen
- de kinderen is het onderwerp
- Gaan jullie nieuwe kleren kopen?
- wie of wat gaan kopen?
- antwoord: jullie
-
jullie is het onderwerp
- Vorige week wilden Bart, Kees en Ben naar de winkel gaan.
- wie of wat wilden gaan?
- antwoord: Bart, Kees en Ben
- Bart, Kees en Ben is het onderwerp
Gebiedende wijs
Soms staat er in een zin geen onderwerp, dat heet gebiedende wijs. Meestal is een zin in de gebiedende wijs een opdracht of een bevel. Lees hier de uitgebreide uitleg over de gebiedende wijs.
- Ga naar huis!
- Hou je mond!
- Zit stil!
Oefen met het herkennen van het onderwerp in een zin. Je kunt ook oefeningen maken over het onderwerp waarbij je eerst de zindelen maakt. Er zijn ook speciale oefeningen over onderwerp en gebiedende wijs.