Nevenschikkend voegwoord en onderschikkend voegwoord
Uitleg
Voegwoorden zijn woorden die zinnen, zinsdelen of woorden verbinden. Voegwoorden worden ook verbindingswoorden genoemd en de Latijnse benaming is conjunctie. In deze uitleg gaat het over de voegwoorden in zinnen.
Er zijn twee verschillende soorten voegwoorden:
- nevenschikkende voegwoorden
- Latijnse naam: coördinerende conjuncties
- onderschikkende voegwoorden
- Latijnse naam: subordinerende conjuncties
Samengestelde zinnen
In enkelvoudige zinnen staat maar één persoonsvorm en in samengestelde zinnen staan er twee (of zelfs meer). Twee zinnen kunnen eenvoudig aan elkaar worden geplakt met een voegwoord. Lees hier de uitleg over het gebruik van voegwoorden en maak hier de eenvoudige opdrachten over voegwoorden.
Nevenschikkende voegwoorden
Als er een nevenschikkend voegwoord wordt gebruikt, dan worden twee hoofdzinnen aan elkaar geplakt. Deze zinnen worden nevenschikkend verbonden door een nevenschikkend voegwoord. De zinnen zijn gelijkwaardig aan elkaar.
De zinnen worden dus gewoon aan elkaar geplakt!
- hoofdzin + hoofdzin
- Ik eet graag appels. + Ik eet graag bananen.
- Ik eet graag appels en ik eet graag bananen.
- Ik drink graag thee. + Ik drink ook graag koffie.
- Ik drink graag thee maar ik drink ook graag koffie.
De nevenschikkende voegwoorden zijn onder andere:
- en, of (aaneenschakelend)
- maar, noch, doch (tegenstellend)
- want, dus (redengevend, oorzakelijk)
Let op: ‘dus’ kan ook voegwoordelijk bijwoord zijn.
Onderschikkende voegwoorden
Als zinnen aan elkaar worden geplakt die niet gelijkwaardig zijn aan elkaar, dan zijn de zinnen onderschikkend verbonden. Er is dan een hoofdzin en een bijzin (soms zelfs meerdere bijzinnen). Er wordt dan een onderschikkend voegwoord gebruikt. De woordvolgorde van de bijzin is meestal anders dan de woordvolgorde van de hoofdzin.
- hoofdzin + bijzin
- bijzin + hoofdzin
- Juf Melis zegt dat ze vanmiddag de aanpassingen op de website zal doen.
- hoofdzin + bijzin
- Juf Melis maakt extra oefeningen over voegwoorden, omdat de leerlingen dat graag willen.
- hoofdzin + bijzin
- Of ik mijn huiswerk ga doen, weet ik nog niet.
- bijzin + hoofdzin
Onderschikkende voegwoorden zijn onder andere:
- dat
- omdat, zodat, nadat
- daar, als, wanneer, terwijl
- hoewel, ofschoon
- zoals, indien
- of (nevenschikkend of onderschikkend)
De bijzin kan dan bijvoorbeeld een onderwerp, een lijdend voorwerp of een voorzetselvoorwerp zijn. Dat heet dan bijvoorbeeld: onderwerpszin, lijdendvoorwerpszin, voorzetselvoorwerpzin.
Oefenen
Er zijn ook oefeningen om de verschillende voegwoorden te leren herkennen, maak hier de oefeningen over nevenschikkende voegwoorden en onderschikkende voegwoorden.
Het is handig om voegwoorden te herkennen als je wilt weten wat de hoofdzin en wat de bijzin is. Je kunt oefenen met het herkennen van voegwoorden en met het herkennen van hoofdzinnen en bijzinnen.
Wil je liever leren hoe je de verschillende voegwoorden kunt gebruiken? Je kunt ook
oefenen om het juiste voegwoord in een zin te gebruiken.