Onregelmatige werkwoorden
Uitleg
Werkwoordspelling is een belangrijk onderdeel van de spelling. De meeste werkwoorden zijn regelmatig, maar sommige werkwoorden zijn onregelmatig. Onregelmatige werkwoorden worden niet vervoegd volgens de regels.
Regelmatige werkwoorden
Regelmatige werkwoorden zijn de werkwoorden die vervoegd worden volgens de regels van de werkwoordspelling. De regels van de werkwoordspelling staan hier. Er zijn drie namen voor regelmatige werkwoorden:
- regelmatige werkwoorden
- zwakke werkwoorden
- klankvaste werkwoorden
Voorbeelden van regelmatige werkwoorden:
- rennen, ren, rent, rende, gerend
- bellen, bel, belt, belde, gebeld
- fietsen, fiets, fietst, fietste, gefietst
Oefen de werkwoordspelling van de regelmatige werkwoorden.
Onregelmatige werkwoorden
Onregelmatige werkwoorden zijn werkwoorden die niet volgens de regels kunnen worden vervoegd. Dat zijn werkwoorden die je uit je hoofd moet leren. Ze worden ook klankveranderende werkwoorden genoemd, omdat ze van klank kunnen veranderen. Er zijn ook drie namen voor onregelmatige werkwoorden:
- onregelmatige werkwoorden
- sterke werkwoorden
- klankveranderende werkwoorden
Voorbeelden van onregelmatige werkwoorden:
- lopen, loopt, liep, liepen, gelopen
- zwemmen, zwemt, zwom, zwommen, gezwommen
- breken, breekt, brak, braken, gebroken
Meestal is het onregelmatige werkwoord ofwel het sterke werkwoord in de tegenwoordige tijd wel gewoon, maar in de verleden tijd verandert de klank en eindigt het voltooid deelwoord meestal op -en (gelopen, gezwommen, gebroken).
In de oefeningen kun je bijna alle onregelmatige werkwoorden vinden. Soms is een werkwoord zowel regelmatig als onregelmatig, dan is bijvoorbeeld alleen het voltooid deelwoord onregelmatig.
Tip: Als je sterke werkwoorden of zwakke werkwoorden moeilijk vindt om te onthouden, dan is er een ezelsbruggetje. Iemand die anders durft te zijn, noemen we vaak een sterk persoon. Een onregelmatig werkwoord is anders dan de andere werkwoorden. Een onregelmatig werkwoord is een sterk werkwoord.