woordsoorten: bijwoord 1
Wat is een bijwoord? Je gaat in deze oefening en de komende oefeningen de bijwoorden leren herkennen.
Het is erg belangrijk dat je eerst de uitleg over het bijwoord bestudeert.
Klik op het bijwoord. Pas als je alles goed hebt, worden alle woorden groen.
Fan van jufmelis.nl? Maak voor € 15,- per jaar alle oefeningen.
Je bent niet ingelogd, je scores worden niet opgeslagen.
Inloggen
Score
0%
Uitleg
- Zelfstandig naamwoord (substantief)
- Bijvoeglijk naamwoord (adjectief)
- Voorzetsel (prepositie)
- Zelfstandige werkwoorden
- Hulpwerkwoord (verbum auxiliare)
- Koppelwerkwoorden
- Nevenschikkend voegwoord en onderschikkend voegwoord
- Persoonlijk voornaamwoord (pronomen personale)
- Het telwoord (numerale)
- Bezittelijk voornaamwoord (possessief pronomen)
- Wederkerend voornaamwoord (reflexief pronomen)
- Aanwijzend voornaamwoord (demonstratief pronomen)
- Betrekkelijk voornaamwoord (relatief pronomen)
- Voorzetsel (prepositie) uitgebreid
- Wederkerig voornaamwoord (reciprook pronomen)
- Bijwoord (adverbium)
- Onbepaald voornaamwoord (indefiniet pronomen)
- Vragend voornaamwoord (interrogatief pronomen)
- Lidwoord (artikel)
-
lidwoorden
-
lidwoorden
-
bepaald lidwoord of onbepaald lidwoord
- bepaald lidwoord of onbepaald lidwoord 1
- bepaald lidwoord of onbepaald lidwoord 2
- bepaald lidwoord en onbepaald lidwoord 3
- bepaald lidwoord en onbepaald lidwoord 4
- bepaald lidwoord en onbepaald lidwoord 5
- bepaald lidwoord en onbepaald lidwoord 6
- bepaald lidwoord en onbepaald lidwoord 7
- bepaald lidwoord en onbepaald lidwoord 8
- bepaald lidwoord en onbepaald lidwoord 9
- bepaald lidwoord en onbepaald lidwoord 10
- bepaald lidwoord en onbepaald lidwoord 11
- bepaald lidwoord en onbepaald lidwoord 12
-
-
zelfstandig naamwoord
-
zelfstandig naamwoord
-
woordsoortenmix ZNW
-
-
bijvoeglijk naamwoord
-
bijvoeglijk naamwoord
-
woordsoortenmix BNW
-
-
voorzetsels
-
voorzetsels eenvoudig
-
voorzetsels herkennen
-
voorzetsels
-
voorzetsel of scheidbaar werkwoord
- voorzetsel of scheidbaar werkwoord 1
- voorzetsel of scheidbaar werkwoord 2
- voorzetsel of scheidbaar werkwoord 3
- voorzetsel of scheidbaar werkwoord 4
- voorzetsel of scheidbaar werkwoord 5
- voorzetsel of scheidbaar werkwoord 6
- voorzetsel of scheidbaar werkwoord 7
- voorzetsel of scheidbaar werkwoord 8
- voorzetsel of scheidbaar werkwoord 9
- voorzetsel of scheidbaar werkwoord 10
-
woordsoortenmix VZ
-
voorzetselbijwoorden
-
achterzetsels
-
preposities moeilijk
-
-
werkwoorden
-
werkwoorden
-
werkwoorden gevorderde
-
-
zelfstandige werkwoorden
-
zelfstandige werkwoorden
-
woordsoortenmix HWW en ZWW
-
-
hulpwerkwoorden
-
Hulpwerkwoorden
-
-
koppelwerkwoorden
-
Koppelwerkwoorden
-
Woordsoortenmix KWW
- woordsoortenmix KWW 1
- woordsoortenmix KWW 2
- woordsoortenmix KWW 3
- woordsoortenmix KWW 4
- woordsoortenmix KWW 5
- woordsoortenmix KWW 6
- woordsoortenmix KWW 7
- woordsoortenmix KWW 8
- woordsoortenmix KWW 9
- woordsoortenmix KWW 10
- woordsoortenmix KWW 11
- woordsoortenmix KWW 12
- woordsoortenmix KWW 13
- woordsoortenmix KWW 14
- woordsoortenmix KWW 15
-
-
voegwoorden
-
Voegwoorden
-
Nevenschikkend en onderschikkend voegwoord
- nevenschikkend en onderschikkend voegwoord 1
- nevenschikkend en onderschikkend voegwoord 2
- nevenschikkend en onderschikkend voegwoord 3
- nevenschikkend en onderschikkend voegwoord 4
- nevenschikkend en onderschikkend voegwoord 5
- nevenschikkend en onderschikkend voegwoord 6
- nevenschikkend en onderschikkend voegwoord 7
- nevenschikkend en onderschikkend voegwoord 8
- nevenschikkend en onderschikkend voegwoord 9
- nevenschikkend en onderschikkend voegwoord 10
- nevenschikkend en onderschikkend voegwoord 11
- nevenschikkend en onderschikkend voegwoord 12
-
-
telwoorden
-
telwoorden
-
hoofdtelwoord of rangtelwoord
-
-
persoonlijk voornaamwoord
-
persoonlijk voornaamwoord
-
pers.vnw en bez.vnw
-
-
bezittelijk voornaamwoord
-
bezittelijk voornaamwoord
-
-
wederkerend voornaamwoord
-
Wederkerend voornaamwoord
-
-
wederkerig voornaamwoord
-
wederkerig voornaamwoord
-
-
vragend voornaamwoord
-
vragend voornaamwoord
-
-
aanwijzend voornaamwoord
-
aanwijzend voornaamwoord
-
aanw.vnw en betr.vnw
-
-
betrekkelijk voornaamwoord
-
betrekkelijk voornaamwoord
-
-
onbepaald voornaamwoord
-
onbepaald voornaamwoord
-
-
bijwoord
-
bijwoord
-
bijwoord of bijvoeglijk naamwoord
-